zondag 29 maart 2009

pionieren

Workshop pionieren

Hout
Touw alleen blijft zo lastig staan, daarom gebruiken we hout om de sjorringen op de juiste afstand te houden. Het hout dat wij gebruiken is (Fijn-)Spar.
Het is aan te bevelen het hout in de winter te hakken, want dan zit er het minste sap in de stam. De stam wordt kaal gemaakt en moet dan een half jaar wateren,daarna schillen we de bast eraf en laten we de paal liefst liggend drogen onder een afdak met goede ventilatie (droogteklasse II, 15% vochtgehalte).
De optimale diameter kan afhankelijk van gebruik en lengte variƫren van 10 tot 15 cm.

Touw
Hiervoor gebruik je het beste polypropyleen touw (p.p.) in plaats van het veelvuldig gebruikte manilla. P.P. is een meer homogeen materiaal dan manilla en een stuk goedkoper. Het heeft een grotere breeksterkte (8 mm/3-strengs : 955 kg), het is makkelijker verwerkbaar en snijdt niet aan de handen.
Veel mensen denken dat p.p.-touw te glad is en zodoende sjorringen snel verschuiven. Doorgaans is dit te wijten aan slecht knoopwerk. Bij onze groepen gebruiken we al jaren p.p. en ondertussen zouden we niet anders willen. We hebben nog nooit gezien dat het touw zou glijden, sterker nog, p.p. is ook gebruikt tijdens het wereldrecord torenbouwen. Het enige wat kan worden aangemerkt op p.p. is het feit dat men niet kan zien wanneer het gaat breken. Bij manilla zal men het touw 'zien' knappen, de strengen breken afzonderlijk. Hierbij moeten we wel vertellen dat als dat gebeurd, je natuurlijk toch al te laat bent, daarnaast breekt manilla ook sneller dat p.p.. Een aanrader dus voor scouting groepen, juist omdat het ook goedkoper is.

Het afwerken van een uiteinde van een touw
Een fijne lengte voor pio-touw is 7-meter. Elk touw heeft twee einden, ook wel tampen genoemd. Deze tampen hebben de neiging om uit te rafelen als je er niets tegen doet. Is het touw gemaakt van kunstvezels dan kun je het uiteinde afsmelten met een kaars of een heet mes.

Eind-splits
Een effectieve manier om een touw af te binden is de kruisknoop (ook wel hanepoot genoemd). Na de knoop steek je de losse delen nog een keer of 3 terug tussen de strengen door.

Oog-splits
Hierbij maak je eerst een lusje van gewenste grootte, waarna je de strengen weer een keer of 3 terug splitst in het touw.

Onderhoud
Touw heeft onderhoud nodig. Let er op dat tijdens het gebruik geen kink in het touw komt. Ga niet met een scherp voorwerp in een knoop peuteren, als deze niet direct los wil komen. De kans is dan erg groot dat je garens of strengen kapot maakt, waardoor het touw veel minder sterk en minder betrouwbaar wordt.

Na het gebruik zorg je ervoor dat het touw droog wordt opgeborgen. Nat touw kun je het beste in lussen ophangen, zodat het kan drogen. Er komt dan geen vuil in het touw zand in touw werkt als minidiamantjes, superscherp, en op den duur is dit het einde van het touw. Na het drogen berg je het touw, netjes opgeschoten, op. Het opschieten van een touw is het netjes oprollen van een touw. Dat opschieten kan op verschillende manieren.

De eerste methode Iaat zien hoe je touw oprolt en met een kneveltje ophangt.

Een betere methode, het touw kan dan niet loslaten, zie je in de volgende tekeningen.

De vorige methode kun je ook gebruiken zonder het touw dubbel te nemen.
Enkele knoop
De enkele knoop is de meest eenvoudige knoop die er is. Je kunt hem gebruiken om een verdikking te maken in het uiteinde van een touw. Een nadeel is dat de knoop zeer vast komt te zitten als er kracht op staat en niet of nauwelijks meer is los te krijgen.

Achtvormige knoop
De achtvormige knoop wordt gebruikt om een verdikking in het uiteinde van een touw te maken, zodat je er houvast aan hebt. Deze knoop is makkelijk los te maken en wordt veel aan boord van zeilboten gebruikt.

Timmersteek
De timmersteek wordt gebruikt om snel even een touw aan een paal vast te maken. Je kunt de paal dan makkelijk en snel verplaatsen. Je draait het uiteinde van het touw een aantal malen om zichzelf heen bij de gevormde lus. De lus schuif je om de paal heen.

Platte knoop
De platte knoop is bedoeld om twee einden van gelijke dikte met elkaar te verbinden. Als er veel kracht op de knoop komt te staan, is de knoop zeer moeilijk los te maken en bovendien onbetrouwbaar. In dat geval kun je beter de schootsteek of de hielingsteek gebruiken. Als er veel kracht op de knoop heeft gestaan, kun je de knoop proberen los te krijgen door de knoop te breken. Je probeert de lus open te trekken door de einden uit elkaar te trekken.

Schootsteek
De schootsteek komt uit de zeilvaart. Ze werd gebruikt om lijnen vast te maken aan een zeil, waar een oogje was gemaakt. De schootsteek is bedoeld om twee lijnen van ongelijke dikte aan elkaar vast te maken. ook als er veel kracht op de steek heeft gestaan, gaat deze vrij eenvoudig weer los. De dikste lijn vormt de lus. De dunnere lijn gaat dan door de lus heen. Hoewel de diktes van de touwen ongelijk zijn, moeten ze niet al te veel verschillen. Je moet dus niet een sisaltouwtje met een schootsteek aan een dikke kabel bevestigen. Zorg er voor dat de uiteinden van de beide lijnen aan dezelfde kant zitten. Komen de uiteinden tegenover eikaar te liggen, zoals bij de linkse schootsteek, dan is de steek minder veilig. De linkse schootsteek kan gemakkelijk losschieten. Hieronder zie je hoe je de linkse schootsteek legt, het laatste plaatje is de rechtse 'goede' schootsteek.

Slippende schootsteek
In de slippende schootsteek vind je een toepassing van de slipsteek, die wordt gebruikt om de enkele schootsteek zodanig af te werken, dat deze makkelijk kan worden losgemaakt.

Paalsteek
Met de paalsteek kun je een niet schuivende lus in een touw maken. Na gebruik is de paalsteek weer makkelijk los te maken, ook als er veel kracht op de steek heeft gestaan.

Mastworp
De mastworp wordt gebruikt om een touw aan een paal vast te maken. Je kunt een mastworp op verschillende manieren maken. De eerste manier zie je hieronder.

Een andere manier is het 'oprapen' van een mastworp. Je maakt twee lussen in het touw en die lussen schuif je over de paal heen. Hoe dat in zijn werk gaat, zie je op de volgende tekeningen.

Mastworp met voorslag
Een mastworp die om een paal wordt gelegd, heeft vaak de neiging om weer los te gaan zitten. Een versie die beter blijft zitten is de mastworp met voorslag. De mastworp met voorslag wordt ook wel de magnussteek genoemd. Het verschil met de mastworp zit in het begin. Er wordt bij de pijl twee keer om de paal heen gedraaid in plaats van een keer bij de mastworp. Met behulp van deze worp kun je een touw stevig aan een paal bevestigen zonder dat de worp gaat verschuiven, als er kracht op wordt uitgeoefend.

Constrictorknoop
De constrictorknoop Lijkt op de mastworp, maar blijft veel beter vast zitten. Bij dun touw is deze knoop vrijwel niet meer los te krijgen. In plaats van bij a onder zichzelf door te gaan, zoals bij de mastworp, gaat het touw bij b onder zichzelf door.

2 zoete lieverdjes
Speciaal voor stugge touwen, maar eenmaal verbonden worden ze onafscheidelijk.

Prusik knoop
Een knoop voor klimmers, om vast te zetten en toch makkelijk te verplaatsen langs een zekeringslijn.

Sjorringen en hun gebruik

Sjorringen worden gebruikt om palen met behulp van een touw aan elkaar vast te maken. Er zijn verschillende soorten sjorringen, die elk voor een bepaald doel worden gebruikt. Het is belangrijk dat je weet welke sjorring je moet gebruiken, omdat anders de verbinding niet zo stevig is als je zou denken en daardoor onbetrouwbaar kan zijn.
Als je een sjorring gaat maken, moet je ervoor zorgen dat de sjorring netjes wordt uitgevoerd en dat elke slag in de sjorring wordt aangetrokken. Door deze manier van werken krijg je een sterke sjorring die de palen goed vasthoudt en betrouwbaar is.
Eerst sla je het touw een aantal malen om de paal heen. Elke slag trek je goed aan. Vervolgens ga je woelen. Door te woelen trek je alles nog eens stevig aan. zodat de sjorring goed vast komt te zitten.
Een sjorring kun je het beste met twee personen maken. De ene houdt in het begin de twee palen op z'n plaats. De ander maakt met het touw de sjorring. Als er gewoeld gaat worden, zorgt de ene persoon er voor dat de woeling strak aangetrokken blijft, terwijl de ander de volgende woeling legt.
Besteed tijd aan het maken van een sjorring. Het is handig als je snel een sjorring kunt leggen, maar je hebt er niets aan als de sjorring even later al weer los blijkt te zitten. Leg de slagen nauwkeurig om de palen en trek ze steeds aan. Een net uitgevoerde sjorring is veel sterker dan een slordig uitgevoerde sjorring. Werk een sjorring netjes af.

Kruis sjorring
De kruissjorring wordt veel toegepast. Een kruissjorring wordt gebruikt om twee palen aan elkaar vast te maken die niet meer van stand hoeven te veranderen.
Je kunt deze sjorring ook gebruiken, als de palen niet loodrecht op elkaar staan.
De kruissjorring is uitstekend geschikt voor het maken van dwarsverbindingen en kan veel kracht verwerken, als hij tenminste goed wordt uitgevoerd.
Je begint de kruissjorring met een mastworp met voorslag of een constrictorknoop.Komt de druk op de horizontale paal van boven, dan komt de worp of knoop net onder de horizontale paal om de verticale paal te zitten. Komt de druk van onder, dan ligt de worp of knoop net boven de horizontale paal. Je slaat het touw drie keer om de palen. Bij de horizontale balk komen de slagen binnen elkaar en bij de verticale paal buiten elkaar te liggen.
Daarna ga je woelen. Je slaat het touw tussen de palen door om de slagen heen. Deze woeling trek je weer strak aan. Je maakt 2 of 3 woelingen afhankelijk van hoeveel ruimte er is. De woelingen moeten netjes naast elkaar liggen en dus niet elkaar afknellen.
Tot slot werk je de sjorring af met 3 halve steken die je terugtrekt, zodat ze niet kunnen verschuiven.

Filippijnse Diagonaal Sjorring
A lashing used in lightweight construction work.
Start with the middle of the rope, tucking the running ends through the middle 'loop' after going round both spars. Use the 'loop' to pull the spars together.
Now proceed as for a diagonal lashing taking the running end round both spars, keeping both ends together. Separate the ends and take frapping turns between the spars, pulling the rope tight as you do so.
Complete the frapping turns and finish off with a square knot.

Japanese Kruis sjorring
A lashing used in lightweight construction work Sheer lashing The sheer lashing is a simple lashing. This lashing is used to connect 2 spars that will open like a sheer.
One starts with a constrictor knot around one of the two spars. Then you go round about 7 times.
Then you do some frappings and end with a clove hitch or 3 half hitches.

Vork sjorring
De vorksjorring is een van de eenvoudigste sjorringen. Deze sjorring wordt gebruikt om twee palen met elkaar te verbinden die later in een vork komen te staan. Vandaar de naam.
Je begint de vork sjorring met een mastworp met voorslag of een constrictorknoop om een van de twee palen. Daarna maak je ongeveer 7 slagen om de beide palen heen. Zorg ervoor dat de slagen tegen elkaar liggen. De vorksjorring moet een beetje kunnen scharrieren. Teveel slagen kunnen lastig zijn.
Na het leggen van de slagen maak je een aantal woelingen. Tot slot eindig je met een mastworp of 3 halve steken om de andere paal en aan de andere kant dan waar de eerste mastworp ligt.

Achtvormige sjorring
De achtvormige sjorring wordt gebruikt om drie of vier palen met elkaar te verbinden, die later een drie- of vierpoot zullen gaan vormen.
De naam dankt deze sjorring aan zijn uiterlijk; hij lijkt veel op een 8. Voordat je gaat beginnen, leg je de palen naast elkaar en je zorgt ervoor dat de onderkanten van de palen op gelijke hoogte liggen. Het is handig om een hulppaaltje onden de palen te leggen, zodat je meer ruimte hebt om de sjorring te maken.
Je begint weer met een mastworp met voorslag of een constrictorknoop om een van de buitenste palen. Vervolgens sla je het touw afwisselend over en onder de palen door; net zoals je in een vlecht doet.
Daarna leg je tussen elke twee palen een aantal woelingen. Je eindigt met een mastworp om de andere buitenste paal.

Diagonaal sjorring
De diagonaalsjorring kun je gebruiken om twee palen die elkaar kruisen, maar elkaar niet raken, tegen elkaar te trekken en te verbinden. Als de palen elkaar wel raken kun je beter een Kruis sjorring gebruiken. Een typische toepassing zie je in het volgende plaatje.
Je begint met een timmersteek om beide palen heen. Trek de timmersteek aan tot de palen elkaar raken. Daarna sla je het touw een aantal malen om de palen heen zoals is aangegeven in de tekeningen. Drie slagen zijn meestal voldoende.
Tot slot maak je enkele woelingen en leg je een mastworp of 3 halve steken om een van de palen om de sjorring af te maken.

Steiger sjorring
De steigersjorring wordt gebruikt om palen die in elkaars verlengde liggen met elkaar te verbinden. Zo'n verbinding bestaat uit twee steigersjorringen, die minstens een meter uit elkaar liggen. Bij elk uiteinde van de paal ligt een steigersjorring.
Je begint met een mastworp in het midden van het touw om de twee palen heen te maken. Daarna sla je beide uiteinden van het touw tegengesteld om de palen heen. Aan de ene kant komen de slagen netjes naast elkaar te liggen, aan de andere kant kruisen ze elkaar. De uiteinden van het touw maak je aan elkaar vast met een platte knoop. Hetzelfde doe je met de steigersjorring aan de andere kant.

Als de twee sjorringen zijn gelegd, sla je aan beide kanten een wig tussen palen. Door de wiggen komen de sjorringen goed vast te zitten.

Je ziet dat er geen woelingen worden gemaakt. De wiggen nemer de taak van de woelingen over, zij worden altijd van boven af, zonodig aan beide kanten, in de sjorring geslagen, dit is omdat volgens ene Newton appels anders uit bomen vallen.Een steigersjorring is moeilijk goed te maken. Vaak zal de sjorring zich loswerken door de krachten die er op komen te staan. Als het even kan, moet je het verlengen van palen zien te voorkomen door bijvoorbeeld langere palen te nemen. Gebruik je toch steigersjorringen, controleer dan regelmatig of de wiggen nog strak tussen de palen zitten en tik ze zonodig vast.

Woel sjorring
Dit is eigenlijk geen echte sjorring, maar een variant op de vork sjorring. Je gebruikt hem als twee palen erg scheef op elkaar staan. Je begint met een timmersteek om beide palen, daarna maak je ongeveer 10 slagen en eindigt met een mastworp of 3 halve steken, sla een paar wiggen tussen de slagen en klaar is Meneer Kees.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten